Wat is de bedoeling?
Afgelopen jaren heb ik diverse teams begeleid in het bedrijfsleven, in Zorg- en Welzijn en bij de overheid. Het betrof uiteenlopende vraagstukken met uiteenlopende doelstellingen van de teamcoaching of de procesbegeleiding. En toch is alles te herleiden naar het ene. ‘Waar ben jij van?’ Vraag ik steevast. ‘En waar is jullie team van?’ Met andere woorden wat is de bedoeling van jou? En wat is de bedoeling van het team waar je deel vanuit maakt?
Het is opmerkelijk hoeveel moeite het kost om een eensluidend antwoord te vinden op de bedoeling van een team. Enerzijds heeft dat te maken met woorden, met taalgebruik. Anderzijds zijn er echt grote verschillen in beelden die mensen zelf hebben gecreëerd van de bedoeling van het bedrijf waar ze voor werken of van het team waar ze deel van uitmaken.
Het is zo vreugdevol dat het elke keer weer lukt om de stip op de horizon helder te krijgen. Met de stip bedoel ik het hogere doel. Het helpt om vragen te stellen. Aan jezelf en aan elkaar. “Wanneer is onze bestemming bereikt? Dus waar gaan we voor en waar staan we voor?” Hoe uitdagender en hoe prikkelender het antwoord hoe meer energie er ontstaat om te gáán….
Het leuke van het begeleiden van teams is dat ook ik steeds scherper krijg wat de bedoeling van mij is, waar ik warm voor loop en waar ikzelf in excelleer. Ik gedij in het scherp zetten, ben scherp, stretch mensen (en daarmee teams) tot bijna het uiterste. Ik geef terug wat ik waarneem, maak moeilijke onderwerpen bespreekbaar en heb oog (en maak tijd) voor plezier en luchtigheid. Die combinatie maakt dat mensen het aandurven om naar zichzelf te kijken en de dynamieken/patronen in het team te zien. Daarmee begint verandering, hoe pijnlijk of hoe lastig het ook is.
Ingewikkelde dingen naar de eenvoud brengen, daar ben ik van. Vandaar die ene zin ‘Waar ben jij van?’
Zijn stem klinkt slaperig. Opgelucht haal ik adem dat hij de telefoon opneemt.
‘Met Bernadet’, zeg ik, ‘ik bel je zomaar even, om te horen hoe het met je is. Ik weet het, het is nog vroeg, maar ik dacht ik heb nu tijd’.Het is 08.30 uur en hij weet niet dat ik slecht heb geslapen omdat ik over hem zat te piekeren.