Het is de derde jongere die ik vandaag spreek. Alle 3 hadden ze hetzelfde ‘issue’.
“Druk.”
Niet druk in de zin van veel werken of veel studeren.
“Druk. Gewoon druk.”
Lange stiltes, zoeken naar woorden op mijn vragen.
Gebogen schouders, een stem die kraakt, wanhopige ogen en zenuwachtige benen die op en neer wippen. Tranen die uiteindelijk niet tegen te houden zijn en over de wangen rollen.
“Het is de druk van mijn omgeving.”
Met de omgeving worden in dit geval de ouders/opvoeders bedoeld, de volwassenen.
Volwassenen die er niets meer over willen horen dat het niet lekker gaat. Volwassenen die streng optreden na maandenlang ‘lanterfanteren’ van de jongeren. Volwassenen die zuchten. Oorverdovend stil zijn. Of uit onmacht schreeuwen.
Ik begrijp de onmacht als volwassene wel
Het is vreselijk om je jongere steeds stiller te zien worden. Je jongere die zichzelf opsluit in de kamer. Je jongere die nergens enthousiast van wordt. Je jongere die een ‘win-baan’ wil (ik wist eerlijk gezegd niet wat het was). Je jongere die allemaal redenen heeft om ergens maar niet aan te beginnen.
Toch wil ik jou vragen om nog eens goed te kijken naar je jongere.
Weet je wat er speelt? Weet je waarom het gezicht steeds bleker lijkt te worden? Weet je waarom het allemaal geen zin heeft?
Ik hoor en zie angst en verdriet
Angst van de jongeren om kenbaar te maken dat het niet goed gaat. Om eerlijk te durven zijn en te zeggen dat het echt niet gaat. Dat deze opleiding het (ook) niet is. Dat ze de tijdelijke baan niet volhouden. Dat de druk om geld te verdienen te groot is. Dat de druk om nu eens door te zetten en niet te zeuren te groot is geworden. Dat niemand ze begrijpt. Dat niemand moeite doet om echt te luisteren. Dat ze kennelijk niet meetellen, ondergeschikt zijn, moeten luisteren. Dat ze ook wel weten dat de volwassenen hard moesten werken vroeger, maar dat dat niet wil zeggen dat de dingen waar zijzelf tegenaan lopen niet net zo belangrijk zijn.
Aan alle volwassenen zou ik willen vragen zie je het?
Kun je of wil je zien hoe het écht is?
Wat is het allerergste dat je kunt horen? Dat je jongere hulp nodig heeft? Dat je jongere doodop is?
Of dat je jongere zich niet durft te uiten?
Ik zeg niet dat de oplossing simpel is. Maar ik weet wel door alle jongeren die ik spreek dat het vaak al een stuk beter gaat als ze vrijuit kunnen praten. Nee, daar hoeven ze niet voor naar een psycholoog. Soms wel, maar heel vaak niet. Niet alles hoeft een label te krijgen, niet overal is therapie voor nodig of (erger nog) hoeft medicatie voor te worden voorgeschreven.
De jongere van nu worstelt niet alleen met de groeisprong van jong naar volwassen. Het is de jongere die laat zien wat wij zelf ook ervaren. Alsmaar moeten, presteren, produceren en meegaan in de ratrace. De ratrace van ‘zo is het nou eenmaal’, ‘zo zit de wereld in elkaar’.
Daarnaast is het een heftige tijd met na-effecten van de coronapandemie en veel slecht nieuws dat de Sociale Media en nieuwskanalen domineert. Onbetrouwbare (politieke) leiders, schandalen, uitbuiting, uitsluiting, onzekerheden over het klimaat en de zorg om de aarde, oorlogen en toenemend geweld. Er is nogal wat aan de hand en alle rottigheid van afgelopen decennia (en daarvoor) komt naar boven.
Alles wil gekend worden. En dat vraagt veel. Van ons allemaal, dus ook van de jongeren.
Wat wil jij het allerliefste voor je jongere?
Hetzelfde pad dat jij hebt gelopen of een leven dat op geheel eigen wijze vorm gegeven mag worden? Als je antwoord het laatste is; hoe zou het zijn dat je je jongere dan ‘de tijd’ en ‘de ruimte’ geeft? Dat je luistert en uitwisselt i.p.v. praat en vertelt (of roept en schreeuwt). De antwoorden wat er nodig is komen vanzelf. Misschien niet een-twee-drie, maar ze komen. Echt vertrouw daarop. Vertrouw je jongere. Die vindt de weg die past. Hoe zou het zijn dat je meer meereist en af en toe een aanwijzing geeft. Dat je leert volgen in plaats van te leiden. Ik gun alle volwassenen om meer nieuwsgierig te zijn en te genieten van het onverwachte, de dromen van de jongeren, de gesprekken, de innerlijke wijsheid die in ze schuilt en vooral het plezier maken met elkaar.