Houd het luchtig als het niet dieper kan

Misschien herken je het wel. Je wilt iets uitspreken, doorspreken, tot de kern komen.
Je onderneemt pogingen, misschien zelfs met iemand erbij. En het komt niet. Iedere poging om het echte, het moedige, gesprek aan te gaan wordt uit de weg gegaan of gesaboteerd. Dat kan hevige emoties oproepen; onmacht, woede, verdriet. Het is dan goed om jezelf af te vragen ‘is dit omdat de ander het niet kan of het niet wil?’ En je dan te realiseren dat het er eigenlijk ook niet toe doet of het een kwestie is van niet kunnen of niet willen. Ook bij niet willen is er immers sprake van niet kunnen. Het kan zijn dat het te pijnlijk is om terug te gaan naar die ene situatie, die ene gebeurtenis. Of de reeks aan gebeurtenissen en situaties. Het kan ook zijn dat je niet (meer) goed ‘levelt’ met de ander, vanwege andere waarden, andere bedoelingen of andere belangen.

Hoe blijf je op een respectvolle manier in contact zonder in de valkuil te stappen dat er nieuw gedoe ontstaat?
Hoe behoud je daarbij de waardigheid, naar de ander en naar jezelf?
Stel eens het luchtige gesprek voor! Het is fijn om van te voren helderheid te hebben om wat voor soort gesprek het gaat. Zo voorkom je voor jezelf teleurstellingen en voorkom je in de relatie met de ander (nieuw) ongemak. Wie weet volgt van daaruit een nieuwe verbinding en de mogelijkheid om ergens, ooit, een tandje dieper met elkaar in gesprek te gaan. Misschien ook niet en is de nieuwe luchtige manier van contact hebben precies genoeg en goed genoeg. Het luchtige gesprek hoeft niet live te zijn, een telefoontje is soms het best haalbare in de gegeven situatie. Contact maken is hoe dan ook het meest liefdevolle dat je kunt doen. Naar de ander toe en voor jezelf.

Wat neem jij mee de winter in?

We maken de overgang van de herfst naar de winter
De herfst is een periode van ‘oogsten’. Het is een rijke periode. De natuur heeft in de afgelopen maanden een enorme oogst geleverd. Denk alleen al aan alle noten en zaden, de paddestoelen. Dat is de opbrengst van een heel jaar werk! Deze opbrengst is nodig voor het nieuwe, voor ontwikkeling, voor voortleven. Niet alleen voor de planten, de paddestoelen en de bomen, maar ook voor de dieren en voor onszelf. Zo komen wij de winter door.

Zoals de natuur nu goed laat zien is er ook veel losgelaten
De bladeren zijn nu echt allemaal van de bomen. De bladeren dienen voor de bomen zelf niet meer. Dat de dieren er dankbaar gebruik van maken is evident. Het is kleddernat, dat ook.
Het lijkt in de uiterlijke wereld dat er niet zoveel gebeurd in de natuur. Het tegendeel is waar. Het is een zorgvuldige voorbereiding, een innerlijke groei die gaande is om straks, als de dagen langer worden en de lente in zicht komt, weer in volle kracht in het licht te gaan staan. Om tot groei en bloei te komen.

Wij zijn onderdel van de natuur, niet andersom
Wat kunnen wij van de natuur leren? Wat hebben wij los te laten dat niet meer dient? Wat willen wij behouden voor het jaar dat voor ons ligt? Het is waardevol om daar in de stille dagen rond kerstmis bij stil te staan, te mijmeren, wat op te schrijven, te oogsten!

Wat neem jij mee de winter in?
In alle vormen van werk is ook goed merkbaar dat het bijna eindejaar is. Administraties die moeten worden afgerond, de laatste deadlines, afspraken en (verplichte) borrels. We hebben de neiging de kerstperiode in te knallen zonder bewust terug te blikken en ons te verheugen wat er allemaal gedaan en bereikt is dit jaar. Dat is jammer, want zo je eindigt is hoe je begint…

Haal de netten op! Wat heb jij allemaal gedaan of wat hebben jullie allemaal gedaan dit jaar? Wat is er allemaal gebeurd? Wat zijn successen, waar ben jij of waar zijn jullie trots op? Verzamel het, benoem het, deel het en vier waar jij op terug kan kijken of waar jullie op terug kunnen kijken. Wees dankbaar, breng een toast uit, roep hard joehoe of verzin een ander ritueel!

Aan alle volwassenen zou ik willen vragen ‘zie je het?’

Het is de derde jongere die ik vandaag spreek. Alle 3 hadden ze hetzelfde ‘issue’.
“Druk.”

Niet druk in de zin van veel werken of veel studeren.

“Druk. Gewoon druk.”
Lange stiltes, zoeken naar woorden op mijn vragen.
Gebogen schouders, een stem die kraakt, wanhopige ogen en zenuwachtige benen die op en neer wippen. Tranen die uiteindelijk niet tegen te houden zijn en over de wangen rollen.

“Het is de druk van mijn omgeving.”
Met de omgeving worden in dit geval de ouders/opvoeders bedoeld, de volwassenen.
Volwassenen die er niets meer over willen horen dat het niet lekker gaat. Volwassenen die streng optreden na maandenlang ‘lanterfanteren’ van de jongeren. Volwassenen die zuchten. Oorverdovend stil zijn. Of uit onmacht schreeuwen.

Ik begrijp de onmacht als volwassene wel
Het is vreselijk om je jongere steeds stiller te zien worden. Je jongere die zichzelf opsluit in de kamer. Je jongere die nergens enthousiast van wordt. Je jongere die een ‘win-baan’ wil (ik wist eerlijk gezegd niet wat het was). Je jongere die allemaal redenen heeft om ergens maar niet aan te beginnen.
Toch wil ik jou vragen om nog eens goed te kijken naar je jongere.
Weet je wat er speelt? Weet je waarom het gezicht steeds bleker lijkt te worden? Weet je waarom het allemaal geen zin heeft?

Ik hoor en zie angst en verdriet
Angst van de jongeren om kenbaar te maken dat het niet goed gaat. Om eerlijk te durven zijn en te zeggen dat het echt niet gaat. Dat deze opleiding het (ook) niet is. Dat ze de tijdelijke baan niet volhouden. Dat de druk om geld te verdienen te groot is. Dat de druk om nu eens door te zetten en niet te zeuren te groot is geworden. Dat niemand ze begrijpt. Dat niemand moeite doet om echt te luisteren. Dat ze kennelijk niet meetellen, ondergeschikt zijn, moeten luisteren. Dat ze ook wel weten dat de volwassenen hard moesten werken vroeger, maar dat dat niet wil zeggen dat de dingen waar zijzelf tegenaan lopen niet net zo belangrijk zijn.

Aan alle volwassenen  zou ik willen vragen zie je het?
Kun je of wil je zien hoe het écht is?
Wat is het allerergste dat je kunt horen? Dat je jongere hulp nodig heeft? Dat je jongere doodop is?
Of dat je jongere zich niet durft te uiten?

Ik zeg niet dat de oplossing simpel is. Maar ik weet wel door alle jongeren die ik spreek dat het vaak al een stuk beter gaat als ze vrijuit kunnen praten. Nee, daar hoeven ze niet voor naar een psycholoog. Soms wel, maar heel vaak niet. Niet alles hoeft een label te krijgen, niet overal is therapie voor nodig of (erger nog) hoeft medicatie voor te worden voorgeschreven.
De jongere van nu worstelt niet alleen met de groeisprong van jong naar volwassen. Het is de jongere die laat zien wat wij zelf ook ervaren. Alsmaar moeten, presteren, produceren en meegaan in de ratrace. De ratrace van ‘zo is het nou eenmaal’, ‘zo zit de wereld in elkaar’.
Daarnaast is het een heftige tijd met na-effecten van de coronapandemie en veel slecht nieuws dat de Sociale Media en nieuwskanalen domineert. Onbetrouwbare (politieke) leiders, schandalen, uitbuiting, uitsluiting, onzekerheden over het klimaat en de zorg om de aarde, oorlogen en toenemend geweld. Er is nogal wat aan de hand en alle rottigheid van afgelopen decennia (en daarvoor) komt naar boven.
Alles wil gekend worden. En dat vraagt veel. Van ons allemaal, dus ook van de jongeren.

Wat wil jij het allerliefste voor je jongere?
Hetzelfde pad dat jij hebt gelopen of een leven dat op geheel eigen wijze vorm gegeven mag worden? Als je antwoord het laatste is; hoe zou het zijn dat je je jongere dan ‘de tijd’ en ‘de ruimte’ geeft? Dat je luistert en uitwisselt i.p.v. praat en vertelt (of roept en schreeuwt). De antwoorden wat er nodig is komen vanzelf. Misschien niet een-twee-drie, maar ze komen. Echt vertrouw daarop. Vertrouw je jongere. Die vindt de weg die past. Hoe zou het zijn dat je meer meereist en af en toe een aanwijzing geeft. Dat je leert volgen in plaats van te leiden. Ik gun alle volwassenen om meer nieuwsgierig te zijn en te genieten van het onverwachte, de dromen van de jongeren, de gesprekken, de innerlijke wijsheid die in ze schuilt en vooral het plezier maken met elkaar.