Autonomie en Professionaliteit

‘Hoe autonomer je bent hoe professioneler je kunt zijn.’ Dat zijn de woorden waar een goede Pulsarvriend me weer aan herinnerde. Het is een uitspraak van een leraar van ons, lang geleden.

We hadden een gesprek over professionals in relatie tot werkgevers/opdrachtgevers. Over onduidelijkheid in rollen, uiteenlopende (niet matchende) verwachtingen en daaruit voortvloeiende weerstanden.
Ik vroeg me af hoe dat toch kan en ik puzzel daarin. Ik denk dat ik zelf helder ben in wat ik graag wil en toch overkomt het mij ook dat er onduidelijkheden zijn in de omvang of inhoud van een klus. Communicatie, blijkt maar weer, is lastig. Want hoe weet je zeker dat je elkaar verstaat? De ander kan zeggen ‘ik begrijp wat je bedoelt’, maar hoe weet je dat? En wat heb je daarin te doen?

Aan de mensen met wie ik samenwerk vraag ik ‘waar ben jij van’ en ‘waar ben jij niet van’? Stevigheid, helderheid en transparantie daarover ervaar ik als een verademing. Ik weet dan waar ik aan toe ben, kan zelf beslissen of ik verwachtingen bij wil stellen of een andere optie ga onderzoeken. Maar het overkomt mij dus ook dat het een beetje onduidelijk blijft ‘wat wel en wat niet’. En dat is niet handig, want bij de oplevering van het werk is dan uiteindelijk niemand blij. De ander kan het gevoel hebben van overvraagd worden en mijn vertrouwen in de deskundigheid van die persoon daalt omdat ik een ander eindbeeld had. Het is hard werken om dan weer in een goede flow met elkaar te komen. Zonde vind ik dat.

Hoe waardevol is het om jezelf én elkaar te bevragen. Waar kan ik jou voor inschakelen, hoe kan ik je helpen, wat heb je nodig? Door antwoorden te vinden op die vragen groei je persoonlijk én professioneel. Je energie kan zich steeds beter richten, je zelfvertrouwen groeit en je wordt steeds beter in het uitoefenen van je werk. Met name als de manier waarop, dus hóe je je professie ten uitvoer brengt, door jouzelf bepaald is. Authenticiteit en autonomie gaan hierin hand in hand. Die groei zet zich een leven lang voort als je je er voor open stelt. Je bent er dus niet met weten waar je van bent. Het gevaar schuilt er immers in dat het dan een kunstje wordt, iets mechanisch. Elkaar goed blijven bevragen helpt aan beide kanten. En als het niet helder is mag de blik heel eerlijk naar binnen worden gericht om te onderzoeken wat er aan de hand is. Soms is er werk aan de winkel, stuit je op weerstanden en is er sprake van groeipijn. Maar als je daar (met elkaar) doorheen durft te gaan groei je niet alleen persoonlijk, maar ook in je professionaliteit. Het lukt dan óók om zonder schroom te zeggen ‘en hier ben ik niet van’. Hoe mooi is het om daardoor ook steeds specifieker te worden met wie en voor wie jij wilt werken. De keuze is aan jou voor de juiste werkgever, opdrachtgever, opdrachtnemer, collega, klus, rol, functie of taak!